Mediation in het Franse recht

Bemiddeling of mediation was in 1995 voor het eerst het onderwerp van een wetsvoorstel in Frankrijk (Wet van 8 februari 1995). Sindsdien heeft mediation zich verder ontwikkeld met name dankzij de oprichting van bemiddelingscentra. Echter, deze ontwikkeling verliep maar langzaam, gezien het gematigd enthousiasme van rechtbanken en juridische professionals en een gebrek aan vorming op dit gebied.

Ook op het Europese toneel ontstond er een zekere interesse voor mediation. Na een brede raadpleging van de lidstaten over mogelijke maatregelen om mediation aan te moedigen, nam het Europees Parlement Richtlijn 2008/52/EG aan, die van toepassing is op grensoverschrijdende geschillen in burgerlijke en handelszaken.

Het Europees Parlement nam op 13 september 2011 een resolutie aan met als doel de eerdere Richtlijn aan te vullen. Deze resolutie geeft een overeenkomst die voorkomt uit een mediation dezelfde kracht als een rechterlijke beslissing. Ze neemt ook de initiatieven van bepaalde Europese lidstaten over om partijen die gebruik maken van mediation financieel te ondersteunen.

Frankrijk heeft deze Richtlijn omgezet bij wet nr. 2011-1540 van 16 november 2011, maar ging nog een stapje verder in de juridische omkadering. De recente juridische hervormingen van justitie in Frankrijk, ongeacht het onderwerp, getuigen van een oprechte intentie van de wetgever om alternatieve methoden van geschillenbeslechting te bevorderen en heeft dan ook stappen ondernomen om alternatieve geschillenbeslechtingsmethoden aan te moedigen.

De Franse Code de procédure civile, oftewel CPC (Wetboek van burgerlijke rechtsvordering) voorziet nu in gerechtelijke mediation (artikelen 131-1 en volgende van het CPC) en conventionele mediation (artikelen 1532 en volgende van het CPC).

Sinds 1 januari 2016 zijn daarenboven de professionele verkopers verplicht om aan consumenten de gegevens mee te delen van de voor hen bevoegde consumptiemediators (artikel L.612-1 van de Code de la consommation, het consumentenwetboek), zodat de consument in geval van een geschil een mediation procedure kan starten.

De wet van 18 november 2016 de modernisation de la justice du XXIe siècle (Wet betreffende de modernisering van het recht van de 21e eeuw) voorziet in een poging tot verplichte mediation alvorens een geschil kan worden voorgelegd aan de familierechter.

Verder voorziet de wet nr. 2019-222 van 23 maart 2019 de réforme pour la justice (Wet tot in een hervorming van het gerechtelijk apparaat). De wet biedt de burgerlijke rechter de mogelijkheid om – met het gevaar dat het fundamentele aspect van mediation, de instemming van de partijen, verloren dreigt te gaan – in alle procedures, ook in kort geding, de partijen te verplichten een mediator te ontmoeten (artikel 128 CPC, artikel 22, lid 1 CPC).

Deze recente wet voorziet ook in een verplichting om te bemiddelen alvorens men toegang krijgt tot de rechtbank, voor zaken waarvan het belang minder is dan 5.000 euro of die betrekking hebben een burenconflict (artikel 750-1 CPC).

Hoewel momenteel nog relatief onbekend, wordt mediation over enkele jaren een verplichte stap. Het is daarom essentieel om vertrouwd te raken met deze methode van geschillenbeslechting en er vaker over na te denken voor uw geschillen.

De kenmerken van mediation in Frankrijk

Mediation wordt gedefinieerd als een vertrouwelijk proces van geschillenbeslechting waarbij een neutrale en onafhankelijke derde – de mediator – twee of meer partijen assisteert om hen te helpen hun geschil op te lossen door het zoeken naar een onderhandelde oplossing te vergemakkelijken en zo een rechtszaak te vermijden. Deze kenmerken zijn gedefinieerd in de wet van 8 februari 1995, artikelen 21 en volgende.

Het kan om conventionele mediation (artikelen 1530 tot en met 1535 CPC) of om gerechtelijk mediation, op initiatief van de rechter gaan (artikelen 131-1 tot en met 131-15 CPC). Hoewel deze twee soorten mediation verschillend zijn, hebben ze gemeenschappelijke regels:

Een objectieve en neutrale mediator
De mediator moet aan een aantal voorwaarden voldoen om zijn bekwaamheid en onafhankelijkheid te waarborgen. Zo moet de mediator een externe persoon zijn en mag geen enkele band hebben met een van de partijen.

Tijdens de mediation zorgt hij ervoor dat de partijen een evenwichtig debat voeren door de spreektijd van elke partij te respecteren en door te voorkomen dat één partij de overhand krijgt op de andere. Hij spreekt zich niet uit voor de ene of de andere partij, hij blijft volledig neutraal. De mediator legt geen enkele beslissing op. Hij beperkt zich tot het aanreiken van mogelijke denkpistes.

Technische kennis van de mediator over het onderwerp van de mediation komt erg goed van pas tijdens het mediation proces. Sommige gebieden (bv. bouwrecht, financieel recht, vennootschapsrecht) zijn zeer technisch. Een gespecialiseerde mediator zal daarom relevantere uitwisselingen mogelijk maken.

Een vertrouwelijk proces
Vertrouwelijkheid creëert een setting waar partijen op nieuwe en creatieve manieren gedachten kunnen uitwisselen. Daarom moeten de deelnemende mediator en partijen een strikte geheimhoudingscode in acht nemen.

De inhoud van de gesprekken of uitgewisselde documenten mogen niet op een later tijdstip worden gebruikt (met name in geval van een gerechtelijke procedure).

In het geval dat de mediator een van de partijen afzonderlijk spreekt, mag de mediator bovendien alleen met toestemming van de partij de inhoud van die uitwisseling delen met de andere partij.

Een begeleid proces
Gerechtelijke procedures zijn willekeurig in vele aspecten zoals duur, kosten, eindresultaat, handhaving van de eindbeslissing… Mediation staat toe deze aspecten beter te controleren. De mediator stelt in overleg met de partijen een agenda op. Zij kunnen besluiten om samen of afzonderlijk te vergaderen. De duur van elke sessie kan ook vooraf worden bepaald.

De duur van het mediation proces wordt in het algemeen vastgesteld voor een periode van twee maanden, maar het kan met instemming van alle partijen worden verlengd. Echter, in het geval van gerechtelijke mediation mag de aanvankelijke duur van de mediation niet meer dan drie maanden bedragen (artikel 131-3 CPC). Soms kan een mediation ook veel sneller worden afgerond dan verwacht.

Een oplossing op maat van partijen
Zodra de partijen samen de geschilpunten hebben vastgesteld, helpt de mediator hen de mogelijke oplossingen verkennen totdat ze het eens zijn (en een dading afsluiten), of – wat minder vaak voorkomt, totdat zij besluiten om de mediation te stoppen en het geschil gerechtelijk te beslechten.

Als er een overeenkomst tussen de partijen wordt bereikt, beslissen zij over de formulering ervan. Zo kunnen ze nadenken over op maat gemaakte, nieuwe en innovatieve oplossingen die perfect passen bij hun geschil.

De partijen kunnen vervolgens hun overeenkomst door de rechter laten goedkeuren in geval van gerechtelijke mediation, of door de zaak voor de rechter te brengen en een goedkeuring vragen in geval van conventionele mediation (artikel 129 CPC).

In geval van aanhoudende onenigheid zal de gerechtelijke procedure worden hervat of begint een van de partijen de gerechtelijke procedure. De verjaringstermijn, die wordt gestuit vanaf de dag dat partijen kiezen voor mediation, begint weer te lopen vanaf het moment dat de mediation stopgezet word (artikel 2238 CPC).

De rechter neemt vervolgens een beslissing zonder zich te laten beïnvloeden door de mediation, temeer omdat de inhoud ervan hem onbekend is.

DE ROL VAN DE ADVOCAAT

Vooraf is het de taak van de advocaat om zijn cliënt te adviseren over de mogelijkheid om te kiezen voor mediation, afhankelijk van de omstandigheden van het geschil. Een advocaat adviseert niet automatisch mediation, enkel indien de zaak er zich toe leent.

Tijdens het mediation proces is het in principe aan de cliënt om het woord te voeren. De advocaat is er echter voor de cliënt en helpt hem zijn argumenten naar voren te brengen, zoekt mee naar oplossingen, bedaart eventueel de gemoederen en neemt in het algemeen zijn rol op als raadsman.

Op die manier helpt de advocaat zijn cliënt om te beslissen over het belang van bepaalde aspecten van de mediation, het nut van het al dan niet nastreven ervan, de noodzaak van een privéoverleg, de juridische haalbaarheid van de voorgestelde oplossing, enzovoort.

Tot slot is het de advocaat die aan het einde van het mediation proces de dading opstelt en zorgt voor haar uitvoering.

Waarom kiezen voor bemiddeling?

  • Een onderbroken dialoog hervatten
  • Een geschil in der minne oplossen binnen een goede handelsrelatie
  • Vertrouwelijkheid is gegarandeerd
  • Meer controle over de uitkomst van het geschil
  • Meer controle over de kosten en duur van het geschil

Amstel & Seine kan u bijstaan tijdens een mediation, ongeacht het rechtsgebied van deze mediation.

Marinka Schillings, Partner bij Amstel & Seine, is gespecialiseerd in de technieken en ethische instrumenten van mediation en treedt zowel als mediator, of als advocaat op. Zij is samen met haar partners Mirjam Berg (arbeidsrecht) en Valérie Judels (procesvoering), beiden ook gevormd om te bemiddelen, uw toegewijde advocaat voor al uw vragen over mediation.