Vergelijking rupture conventionnelle / ontslag
In Frankrijk kan de arbeidsovereenkomst worden beëndigd door de werknemer (die aftreedt of met pensioen gaat*), door de werkgever (die overgaat tot ontslag op economische of persoonlijke gronden) of door beide partijen samen via een zogenoemde rupture conventionnelle. In dit artikel waarin alleen individuele gevallen en niet de collectieve ontslagen worden behandeld, worden deze rupture conventionnelle en het ontslag met elkaar vergeleken.
Hoewel er op grond van het Franse arbeidsrecht en anders dan in Nederland slechts in een beperkt aantal gevallen voorafgaande toestemming nodig is van een rechter of andere (overheids) instantie**, geven (Nederlandse) werkgevers van Franse werknemers vaak de voorkeur aan de rupture conventionnelle in de veronderstelling dat dit eenvoudiger is en meer zekerheid biedt.
Dit is echter niet altijd het geval.
Ten eerste wordt de rupture conventionnelle ten onrechte vaak vergeleken met de vaststellingsovereenkomst. In geval van een rupture conventionnelle maken partijen echter alleen afspraken over het feit dàt en op welke datum de arbeidsovereenkomst wordt beëindigd, de te betalen beëindigingsvergoeding (indemnité de rupture) en een aantal bijkomende zaken. Het is niet mogelijk een algehele kwijting in de rupture conventionnelle op te nemen. Het komt dan ook niet zelden voor dat de werknemer een aantal maanden nadat de rupture conventionnelle werd ondertekend en betaald alsnog komt met een claim, bijvoorbeeld met betrekking tot overuren.
Ten tweede, dient er een beëindigingsvergoeding te worden betaald die minstens gelijk is aan de ontslag vergoeding die de werknemer zou hebben ontvangen. Dit is van toepassing ook als de werknemer zelf het initiatief heeft genomen voor de rupture conventionnelle. Wanneer de werkgever het initiatief neemt, zal de werknemer hoogstwaarschijnlijk niet akkoord gaan met een rupture conventionnelle als dit bedrag niet wordt verhoogd. Uit het voorstel over te gaan tot een rupture conventionnelle leidt de werknemer namelijk vaak af dat de werkgever geen goed ontslagdossier heeft. Als er een echt hoger bedrag wordt betaald is het aan te raden het meerdere in het kader van een aparte schikking te voldoen.
Ten derde is de tussenkomst van de arbeidsinspectie verplicht in alle gevallen dat partijen een rupture conventionnelle overeenkomen.
Tenslotte is de doorlooptijd van de rupture conventionnelle minstens 6 weken en afhankelijk van de bereidheid van partijen om te onderhandelenen, terwijl de procedure voor een individueel ontslag ongeveer 3 weken (als op persoonlijke gronden) in beslag neemt en 4 tot 5 weken (als op economische gronden).
De belangrijkste voordelen van de rupture conventionnelle zijn dat het risiko op een procedure over vermeend onrechtmatig ontslag wordt vermeden en de rupture conventionnelle “vriendelijker” overkomt.
Daarnaast zijn partijen niet verplicht een opzegtermijn af te spreken en is het contract dus wanneer de procedure doorlopen is, meteen beëindigd.
In geval de werkgever het verzoek tot een rupture conventionnelle van de werknemer weigert leidt dit op den duur vaker tot een ontwrichte arbeidsverhouding of ziekteverlof dan tot een vrijwillig vertrek.
*de werkgever kan de werknemer pas met pensioen « sturen » wanneer deze 70 jaar is.
Contractsbepalingen op grond waarvan de arbeidsrelatie automatisch beëindigd is wanneer de werknemer de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, zijn nietig.
**voorafgaande toestemming van de arbeidsinspectie is vereist ingeval van ontslag (maar ook van een RC) van een beschermde werknemer, met name leden van de OR (CSE- Conseil Social et Economique) of werknemers die rechter zijn bij de Conseil de Prud’Hommes. In geval van economisch ontslag van meer dan 9 werknemers is er controle van de arbeidsinspectie op de gevolgde procedure en in voorkomend geval op het social plan (PSE- Plan de Sauvegarde de l’Emploi)
Mirjam Berg
Lid van de Parijse Balie
Partner bij Amstel & Seine